'Er zijn twee belangrijke goederenstromen die de stad in gaan: 35 procent is voor de bouw en 35 procent is voor de horeca. Retail en pakketjes maken maar voor respectievelijk tien en vier procent deel uit van de stadslogistieke bewegingen.’
Ploos van Amstel is één van de sprekers tijdens het Congres Stadslogistiek dat op 28 maart 2019 plaatsvindt bij City Hub Utrecht waar hij ingaat op de laatste ontwikkelingen op het gebied van stadslogistiek. Hij richt zich in zijn werk onder andere op logistieke procesinnovaties, het invoeren van supply chain-concepten in de praktijk, intermodale distributienetwerken en samenwerking in logistieke ketens en netwerken.
Volgens Ploos van Amstel hebben retailers de winkelbevoorrading uitstekend geregeld. ‘Dat komt mede omdat de dienstverlening gebundeld is’, legt hij uit. ‘Zeventig procent van de winkels zijn modewinkels en er zijn nog maar vier grote vervoerders over die de gehele modeketen bevoorraden. Samenwerking is dus al heel normaal. Bovendien zijn retailers al gewend aan de venstertijden waarop zij bevoorraad kunnen worden. Vaak zijn winkelstraten alleen tussen zeven en elf uur ’s ochtends open voor vrachtverkeer. Ook de grote ketens rijden met volle vrachtwagens de stad in, dus bijvoorbeeld een Blokker of Bijenkorf benut alle ruimte van een vrachtwagen.’
Eén vrachtwagen voor één adres
De grote druk op de stad wordt volgens Ploos van Amstel dan ook voornamelijk veroorzaakt door de vrachtwagens die maar één adres in een wijk of de stad bevoorraden. ‘Momenteel wordt tachtig procent nog door bedrijven met eigen vrachtwagens gedaan en slechts twintig procent uitbesteed aan professionele logistieke dienstverleners. De overheid zou moeten stimuleren dat stadslogistiek zoveel mogelijk door gespecialiseerde bedrijven wordt gedaan. Zo’n bedrijf heeft hiervoor de juiste distributienetwerken en gemiddeld vier keer zo veel lading in een vrachtwagen dan een bedrijf dat zelf zijn vervoer doet’, zegt hij.
Stadslogistiek kan volgens Ploos van Amstel veel slimmer. ‘Lokale overheden moeten data van hun verkeersmanagementsystemen delen met professionele logistieke dienstverleners. Vrachtwagens kunnen dan de slimste en veiligste route kiezen en bijvoorbeeld communiceren met verkeerslichten, het zogenoemde talking traffic. Een andere verbetering zou het efficiënter gebruiken van losplaatsen zijn. Direct contact met een vrachtvoertuig betekent ook dat de overheid kan sturen wie er wel of niet de straat in mag. In Barcelona en Wenen werken ze al veel langer zo en met succes.’
Naast Walther Ploos van Amstel (HvA) verzorgen onder meer Tia van Beek (Principal), Wim Eringfeld (Stec Groep), Rinse van der Woude (City Hub) en Edwin van de Woestijne (ASR Real Estate) een sessie. Het Congres Stadslogistiek is bedoeld voor iedereen die geïnteresseerd is in de uitdagingen rondom stadslogistiek en hoe gemeenten, verladers en winkeliers hiermee omgaan. De kosten bedragen 299 euro, abonnees van Vastgoedmarkt betalen 249 euro. Schrijf je nu in.