Europese beursgenoteerde vastgoedsector ontkomt niet aan sterke daling

Europese beursgenoteerde vastgoedsector ontkomt niet aan sterke daling

De Europese beursgenoteerde vastgoedsector - zoals gerepresenteerd door de GPR 250 Europe Index - kende een volatiel en vooral negatief eerste kwartaal.

Waar in januari nog een positieve start was voor de Europese beursgenoteerde vastgoedsector, hadden in februari en maart (-22,1 procent) alle relevante landen een verlies.

In het eerste kwartaal was er 26,8 procent verlies. België (1,3 procent) is in het eerste kwartaal de negatieve dans nipt ontsprongen, terwijl Frankrijk (-35,8 procent), Spanje (-36.3 procent) en Nederland (-60.5 procent) zeer hard werden geraakt. Overigens bleek Europa het overeenkomstig het wereldwijd gemiddelde te hebben gedaan zowel op kwartaalbasis als in maandelijks perspectief.

Landenindices Q1 2020

Rendementen voor de individuele Europese landenindices in Q1 2020 waren als volgt, gemeten in euro: België (1,3 procent); Zwitserland (-8,9 procent); Duitsland (-14,7 procent); Zweden (-21,3 procent); Europa (-26,8 procent); Oostenrijk (-32,0 procent); Verenigd Koninkrijk (-34,3 procent); Frankrijk (-35,8 procent); Spanje (-36,3 procent); Nederland (-60,5 procent.

Wereldwijd waren de rendementen als volgt: Azië (-21,0 procent); Wereld (-26,7 procent); Europa (-26,8 procent); Amerika's (-27,2 procent); Oceanië (-40,5 procent); Afrika (-59,2 procent).

Landenindices maart 2020

Rendementen voor de individuele Europese landenindices in maart 2020 waren als volgt, gemeten in euro:

België (-5,7 procent); Duitsland (-14,6 procent); Zwitserland (-15,0 procent); Europa (-22,1 procent); Verenigd Koninkrijk (-22,7 procent); Zweden (-23,2 procent); Frankrijk (-30,1 procent), Oostenrijk (-30,2 procent); Spanje (-33,4 procent); Nederland (-49,0 procent).

Wereldwijd waren de rendementen als volgt: Azië (-16,7 procent); Europa (-22,1 procent); Wereld (-22,9 procent); Amerika's (-23,9 procent); Oceanië (-37,6 procent); Afrika (-44,9 procent).