De Willigens grootste frustratie? ‘Op het moment dat een project lijkt door te gaan en iedereen denkt: nu gaat het eindelijk gebeuren, zijn er weer altijd partijen die kijken of ze er toch nog iets meer uit kunnen halen.’

Het gaat volgens hem zowel om partijen uit de private als publieke sector. ‘Het gaat niet per se altijd over geld, maar ook om vierkante meters, compensatie, meer parkeerplekken, meer groen, om wat voorbeelden te noemen. Iedereen gaat weer onderhandelen. En dat frustreert. Die ego’s moeten echt overboord. Het is heel moeilijk om in die keten continu een verschil te maken tussen wat is wet, regel en wensen. Hoe kunnen we alle eisen en randvoorwaarden ordenen, en daar een hiërarchie in aanbrengen? Ik denk dat je dat kunt doen door stadsbouwmeesters of supervisoren aan te wijzen. Een regisseur zonder belangen, die in de positie is om orde aan te brengen in alle wensen en regels. Iemand die partijen aanspreekt, als dat nodig is. Op die manier kun je woningbouw versnellen.’
Industrialisatie en digitalisering in de bouw zijn nodig voor versnelling en betaalbaarheid woningen. Hoe ziet De Willigen de rol van de architect? ‘Eigenlijk vormen architecten de meest gedigitaliseerde club in de gehele bouwkolom. Ik doe dit werk sinds halverwege de jaren negentig: ik heb nooit een pen opgepakt, doe alles digitaal. Ik denk dat processen sneller en beter kunnen, juist door industrialisatie en digitalisering.’
Uitschakelen van risico’s
Het grootste probleem van bouwen is niet het bouwen zelf, maar het uitschakelen van risico’s, vervolgt De Willigen. ‘En het uitschakelen van risico’s kunnen juist architecten op voorhand doen. Het meest eenvoudige voorbeeld? Wij tekenen in 3D, in plaats van 2D. We maken dus een digitaal prototype op een scherm. Daarmee kunnen we heel veel dingen al tot in detail uitrekenen, tot op de spijker nauwkeurig. Als je dat goed doet, dus wanneer je voldoende tijd aan de voorkant besteedt, schakel je risico’s uit. Op die manier is de maatvoering goed, komen bouwmaterialen op tijd en in de goede volgorde op de bouwplaats, kloppen de windonderzoeken, klopt het aantal vierkante meters.’
De voorzitter roept partijen in de bouwketen op om te investeren in langdurige samenwerkingen. ‘Omdat bouwen zo complex en risicovol is, moeten partijen van het allereerste moment weten wat elkaars belangen zijn. En net als een voetbalteam moet je leren samenspelen. Dat kost even tijd, maar levert veel op. Wanneer je met datzelfde team meerdere projecten gaat doen, loop je niet steeds tegen dezelfde hobbels aan. En kun je versneld bouwen.’ De Willigen is aanwezig op de Provada en gaat het gesprek graag aan.

COD BRIGHT

Tim Luijt, Head of COD BRIGHT, zegt dat innoveren ook essentieel is om versneld te gaan bouwen. (Gebieds)ontwikkelaar COD heeft op dit moment zo’n 6.000 woningen in de pijplijn, maar ontwikkelt ook kantoren en hotels. ‘COD staat voor pionieren. Wij vinden dat de innovatiekracht in onze sector nog niet sterk genoeg is en misten een schakel tussen vernieuwende concepten en de grotere projecten. Daarom zijn we COD BRIGHT gestart. Onze doelstelling is een nieuwe generatie gebouwen te ontwikkelen. We scouten, valideren en passen innovaties toe en maken onze projecten duurzamer, slimmer en inspirerender. Testen doen we bij ons eigen BRIGHT-Lab of direct in projecten. We investeren tijd en geld om innovatie te versnellen. Dat zou ook mijn belangrijkste oproep zijn voor bezoekers van de Provada: maak tijd en ruimte om vernieuwing een rol te laten spelen in je organisatie. Innovatie wordt te vaak gezien als iets wat geld kost, en niks oplevert, maar we zien nu al dat we ontwikkelingen versnellen en de CO2-impact verlagen. Ga testen, past het toe in een project, leer ervan.’
COD BRIGHT verzorgt in het Innovatiecafé op de Provada een inspirerende sessie waarbij de verlaging van CO2-uitstoot tijdens de bouw centraal staat. Luijt: ‘Éen van onze focuspunten is het terugdringen van CO2 tijdens bouwen. Bij nieuwbouw zien we dat je hiermee de meeste impact kunt maken, iets wat ook steeds belangrijker wordt bij beleggers en gemeentes. Tijdens de sessie bespreken we toepassingen die de meeste impact hebben, hoe verschillende experts vanuit hun perspectieve naar dit thema kijken en welke stappen je morgen kunt zetten.’ Als mooi voorbeeldproject noemt Luijt KAAP in Amsterdam Noord, een circulair paviljoen. Met een flexibele vergunning is het ontwerpproces omgedraaid: van vraag naar aanbod gedreven ontwerpen met hergebruikte materialen. De ambitie is om bij KAAP 100 procent hergebruikte materialen toe te passen.
Duurzame vastgoedmarkt als pijler

Het bevorderen van een duurzame vastgoedmarkt: dat is een cruciale pijler van de strategie van de Rabobank. De Rabobank is met een duurzame stand aanwezig op de Provada. Voor Peter de Bruin, directeur Rabo Real Estate Finance, is het de eerste keer dat hij de Provada als exposant gaan beleven. Zijn verwachtingen? ‘Ik kan niet wachten om te zien wat de beurs te bieden heeft. De kick-off in Delft was al veelbelovend, dus mijn verwachtingen zijn hooggespannen. Mijn belangrijkste doel is om zoveel mogelijk klanten te ontmoeten op de Rabobankstand. Daarnaast biedt ons inhoudelijke programma weer volop inspiratie. Een cruciale pijler van onze strategie is het bevorderen van een duurzame vastgoedmarkt. Als er nog steeds mensen zijn die twijfelen aan de verduurzamingsbeweging, wil ik hen graag eens meenemen naar een bijzonder project in Rotterdam: SAWA, de eerste woontoren die grotendeels uit hout bestaat. Dit project is voor mij het perfecte voorbeeld van hoe duurzaamheid, maatschappelijke betekenis en rendement hand in hand kunnen gaan. Trots dat we vanuit Rabobank hier een bijdrage aan hebben geleverd.’