'Een slimme stad heeft vooral leiderschap nodig'

'Een slimme stad heeft vooral leiderschap nodig'
Désirée van Gorp

Amsterdam heeft het doel om in 2030 alleen nog maar elektrische auto's te laten rijden. Maar maakt dat de stad slim? Wat hoogleraar Désirée van Gorp betreft komt daar meer bij kijken dan alleen het eigen straatje schoonvegen. Ze breekt een lans voor een global vision tijdens haar inleiding op het congres Een Slimme Stad Begint Vandaag.

Aanmelden voor het congres van Vastgoedmarkt ‘De slimme stad van morgen begint vandaag’ op 16 september 2021 kan hier!

‘De fabricage van batterijen voor elektrische auto’s, evenals de afbraak ervan aan het eind van de levensduur, is een industrie die je met de beste wil van de wereld niet schoon en zeker niet slim kan noemen. Als je jezelf een slimme stad wilt noemen vergt dat leiderschap en een langetermijnvisie, die dwars door alle politieke schermutselingen van alledag overeind blijft. Vergelijk het met fair-trade koffie: daarbij zorg je ervoor dat de koffieboeren ook profiteren van jouw keus. Niet alleen jijzelf.’

Een dun laagje chroom

Er is veel voor te zeggen om jezelf als slimme stad te profileren door voor de eigen stad slimme en daarmee schone of werkverschaffende oplossingen te kiezen. Maar zolang je daarmee geen of te weinig oog hebt voor de verduurzaming van waardeketens op internationaal niveau, is de slimheid een dun laagje chroom dat al snel verbleekt, vindt Van Gorp.

Lokaal is niet altijd het antwoord

‘Je moet ook denken aan de economieën van de steden waar de producten die je gebruikt, gemaakt worden. Alles in je eigen stad lokaal maken is dus ook niet altijd het antwoord, want dan stoot je de economieën van die landen het brood uit de mond. Met een stijging van de werkloosheid tot gevolg, want meestal zijn die economieën afhankelijk van hun export en kwetsbaar. Juist door partnerschappen aan te gaan met zustersteden en -regio’s zorg je voor een wereldwijd evenwicht waar meer economieën dan alleen je eigen economie van profiteren.’

Niet achter de hype aanhollen

Een slimme stad holt daarom ook niet achter de hype van vandaag aan om ‘te scoren’, vindt Van Gorp. Integendeel: een slimme stad begint vandaag en bereidt zich daarmee voor op morgen en overmorgen. Als onderdeel van de slimme wereld waar we allemaal in terecht (zouden) moeten komen.

Kennis en data delen

Slimme steden zouden ecosystemen moeten opzetten, betoogt Van Gorp vervolgens, waarin partners op gelijkwaardige wijze, zonder bang te zijn voor concurrentie, data en ervaringen kunnen delen. ‘Er zijn zoveel data beschikbaar waar je slimme dingen mee kunt doen. Het opzetten van de covid-19-testcentra bijvoorbeeld had met technologie slimmer, sneller en met minder verspilling gekund. Maar dat vergt wel openheid, bereidheid tot het delen van kennis en data en vooral leiderschap. Dan kunnen ook onderwerpen als stadsdistributie, gezondheidszorg of afvalverwerking nog veel efficiënter ter hand worden genomen.’

Slimme stad een illusie?

‘Of een slimme stad een illusie is? Ik denk het niet. Nog niet. Ik ben optimist, ik geloof in de kracht van het collectief en het vermogen van bestuurders om een stip op de horizon te zetten en daar gestaag en gezamenlijk naartoe te werken. Want alleen dan voeg je waarde toe aan de verduurzaming van economische systemen. En dat is wat we allemaal zouden moeten willen.’

Jeans als voorbeeld

‘Neem jeans. Vooral in Nederland een belangrijke industrie. Maar het is wel een van de meest vervuilende en water slurpende industrieën. Nederland loopt ook voorop met slimme technologie dat voor die vervuiling en verspilling een oplossing biedt. Daar kunnen we nog meer mee doen in steden door het gezamenlijk opzetten van ecosystemen. Zo kun je van een ‘threat’ een ‘opportunity’ maken. Dit soort oplossingen kenmerkt een echt slimme stad. Dat is een forse opgave, maar zeker niet ondoenlijk.’