Prorail wil 20 nieuwe NS-stations

Prorail wil 20 nieuwe NS-stations
De komst van de Lelylijn is nog lang niet zeker.

De vierhonderd treinstations in Nederland moeten fors worden uitgebreid om de 30 tot 40 procent groei van ov-reizigers komende tien jaar op te kunnen vangen. Ook wordt een groot aantal nieuwe stations gebouwd.

Dat blijkt uit een plan van aanpak van spoorbeheerder ProRail en overheden over de stations van de toekomst, dat woensdag is gepresenteerd. 'We spelen daarmee concreet in op de toenemende vraag samen met NS, ministerie, provincies en gemeenten. Die partijen moeten extra stations financieren', zegt ProRail-baas Pier Eringa in gesprek met De Telegraaf.

Er komen de komende tien jaar twintig nieuwe stations bij. Volgens spoorbeheerder ProRail is daar veel behoefte aan is, vooral doordat er steeds meer woonwijken verrijzen. Veel gemeenten hebben al gevraagd om een nieuw station. Er is ruimte voor ongeveer twintig stations, maar die komen er pas na onderhandelingen met overheden en financiers.

De spoorbeheerder ProRail investeert de komende tien jaar 3,5 miljard euro in het vernieuwen en comfortabeler maken van stations. De stations krijgen meer liften, hellingbanen, sanitaire voorzieningen, camera’s en andere technische snufjes. Het zogeheten station van de toekomst koppelt data waardoor krant en koffie klaar staan zodra de reiziger aankomt. Verlichting in tegels op het perron geeft aan waar ingestapt kan worden. En via de app kan een parkeerplek in de fietsenstalling worden gereserveerd.

Ook komen er meer fietsplekken bij. Nu zijn er bij alle stations 554.773 fietsparkeerplekken. Al voor 2020 gaat dat aantal omhoog. In 2030 moet het aantal stallingsplaatsen zijn uitgebreid naar 700.000. 'Dit betekent niet alleen meer ruimte vrijmaken voor fietsen, maar ook slimmer omgaan met
de ruimte', schrijft ProRail in de toekomstvisie. Bijvoorbeeld door stalling door middel van een robot.

De spoorbeheerder kijkt tevreden terug op 2018, zo blijkt uit het woensdag eveneens gepubliceerde jaarverslag. Meer treinen reden op tijd: ruim 91 procent was op tijd terwijl dat in 2017 nog ruim 90 procent was, blijkt uit het jaarverslag. Ook de met softwareproblemen kampende Hogesnelheidslijn (HSL) deed het beter.