Als directeur-generaal Bestuur, Ruimte en Wonen houdt Kuijpers zich hoofdzakelijk bezig met vraagstukken op het gebied van ruimtelijke ordening en energie. Maar ook de huisvesting van aandachtsgroepen, behoort tot zijn aandachtsgebied. ‘Wil je iets doen aan de woningnood dan moet je ook kijken naar specifieke doelgroepen, als statushouders, studenten en arbeidsmigranten’, aldus Kuijpers. ‘Het is mijn indruk dat gemeenten druk zijn met het helpen van deze aandachtsgroepen. Dat is ook terecht, want als je aan deze groepen voorbij gaat, blijven mensen nodeloos in de opvang of een instelling wonen of belanden ze in ongewenste verkameringssituaties of zelfs op straat.’
Bouw tijdelijke woningen
De vestiging van statushouders is daarbij ook een opgave voor gemeenten. Vanuit de overheid is er een taakstelling voor de huisvesting van asielzoekers die hier na het doorlopen van de procedures mogen blijven. ‘Natuurlijk levert dat wel eens lastige gesprekken met gemeenten, maar de bereidheid om mee te denken is er zeker wel. Corporaties zitten er ook energiek op. Door het met andere partijen op te pakken zijn er ook andere oplossingen mogelijk. Denk aan transformatie of zelfs de bouw van tijdelijke woningen voor deze doelgroep.’
Het lijkt wat lastig plannen voor gemeenten aangezien de (geo)politieke ontwikkelingen die leiden tot vluchtelingenstromen veelal een ver-van-mijn-bed-show zijn. Wat Kuijpers betreft is die onzekerheid niet zo groot. ‘Er zijn altijd strenge procedures wie hier wel kunnen blijven en wie niet. In het eerste geval is het zaak om die mensen zo snel mogelijk huisvesting te bieden. Ook omdat er op veel plekken in ons land een groot arbeidstekort is en nieuwkomers dat, met eventueel een opleiding, kunnen invullen.’
Snel bouwen, in de vorm van flexwoningen, kan wat Kuijpers betreft in die behoefte voorzien. ‘Het beeld van containerwoningen sluit niet meer aan bij de realiteit. Uit onderzoek door de Rijksbouwmeester blijkt ook dat veel zogeheten tijdelijke woningen inmiddels een prima ruimtelijke kwaliteit bieden.’
130 procent plancapaciteit
Grond, om al die tijdelijke of permanente woningen te bouwen, is er volgens Kuijpers voldoende. ‘Er is een plancapaciteit van 130 procent aan locaties. Er zijn nu zat concrete voorbeelden te noemen van locaties waarop het uitvoeringstraject door de diverse stimuleringsmaatregelen die we hebben getroffen nu echt van start kan. Het is zaak om meer snelheid te krijgen in het omzetten van plannen in realisatie. Daarbij kun je ook denken aan conceptueel, fabrieksmatig bouwen. Innovatie kan echt helpen bij het versnellen.’
Creëren van draagvlak
Behalve met het (financieel) faciliteren van een woningproject hebben gemeenten ook te maken met het creëren van draagvlak bij omwonenden en andere belanghebbenden. Dat is nog wel eens beperkt erkent Kuijpers, zeker als je het hebt over speciale doelgroepen als statushouders. ‘Maar misschien heeft dat er ook wel mee te maken dat een begrip als statushouder heel weinig concreet is. Als je mensen een gezicht geeft, bijvoorbeeld dat het gaat om gezin met drie kinderen waar de ouders hun leven willen opbouwen in Nederland en de kinderen naar school moeten, begrijpt iedereen dat die mensen een dak boven hun hoofd nodig hebben.’
Op 17 november wordt tijdens het Nationale Vastgoed Diner in Rotterdam de eerste Vastgoedmarkt WoonAward uitgereikt. De prijs wordt toegekend aan recente projecten die in kwantiteit en/of kwaliteit bijdragen aan het oplossen van de woningnood in ons land. De jury bestaat uit voorzitter Peter Boelhouwer (TU Delft) uit Floor Milikowski (Schrijver/journalist), Hamit Karakus (Platform 31), Chris Kuijpers (Ministerie van Binnenlandse Zaken) en Robert Paling (Vastgoedmarkt).
