Waar op kantorenpark Brainpark I een serene rust hangt, heerst op de campus van de Erasmus Universiteit in Rotterdam de drukte van een bijenkorf. Aan de ene kant het gekwetter van vogels en het afstandelijke gebrom van de A16, aan de andere kant het gekwetter van pauzerende studenten. De interactie tussen beide gebieden blijft beperkt tot een gestage stroom studenten die via Brainpark naar metro- en busstation Kralingse Zoom trekt.
‘Een autistisch gebied’, noemt stedenbouwkundig ontwerper Arjen Knoester van de gemeente Rotterdam de campus lachend, maar het is duidelijk dat de beeldspraak ook opgaat voor het in zichzelf gekeerde Brainpark. De gemeente zou graag zien dat ze meer met elkaar in contact kwamen. Een architecten vertelt tijdens een rondleiding dat hij, toen hij op Brainpark werkte, dagelijks de drukke Kralingse Zoom overstak om op de campus koffie te gaan drinken. Maar Rotterdam wil méér dan dat.
In Brainpark is ruimte voor woningbouw, en dat is iets waar de snel groeiende stad behoefte aan heeft. ‘Het valt hier erg mee met de overlast van de snelweg’, laat Knoester zich tijdens de rondwandeling een paar keer ontvallen. Dat klopt. Door de combinatie van relatief smalle openingen tussen de kantoorpanden langs de A16 en de lage ligging van de snelweg dringt het geluid nauwelijks door tot het middenterrein dat wordt gedomineerd door grasvelden, bomen en een flinke waterpartij. De kantoren, die aardig wat leegstand hebben, zouden volgens Knoester best omgebouwd kunnen worden tot woonflats. Bovendien zouden hier en daar nieuwe woningen gebouwd kunnen worden.
Op het campusterrein is het een drukte van belang, ook wat bouwactiviteiten betreft. De afgelopen jaren zijn er enkele studentenflats verrezen, maar ook er is ruimte voor meer. Het ligt voor de hand dat het opnieuw studentenwoningen worden, wat het autistische karakter van de campus zou versterken, maar de nood is zo hoog dat de gemeente daar geen bezwaar tegen zal maken. Als een van de meewandelende architecten vraagt of op Brainpark alleen studentenwoningen mogen komen, antwoordt Knoester ontkennend – en het klinkt bijna smekend.
Onder een boom spreidt Knoester enkele tekeningen uit die de denkrichting van de gemeente weerspiegelen. Bepalend is de grootte van de nieuwe Maasbrug wordt die even verderop gepland is. Als er een metro op kan, biedt dat kansen voor een geconcentreerde woonwijk rondom het metrostation. Wordt het een trammetje, dan dijt de bebouwing uit langs de hele Kralingse Zoom. In beide gevallen zal er iets moeten gebeuren met de campus en Brainpark. Terwijl Knoester erover vertelt, leggen de architecten de omgeving in foto’s vast.