Transformatiecongres: 'In Rotterdam heb je niet de luxe om te dromen'

Transformatiecongres: 'In Rotterdam heb je niet de luxe om te dromen'
Wethouder Roos Vermeij. Foto: Jan de Groen

De kersverse Rotterdamse wethouder Roos Vermeij heeft een duidelijke boodschap voor de vastgoedwereld als het gaat om de aanpak van de retailproblematiek: 'Willen we de winkelgebieden in wijken en de binnenstad vitaal houden, dan zullen we moeten samenwerken.'

De op Scheveningen woonachtige raspolitica van PvdA-huize Vermeij -  ze is op zoek naar een appartement in Rotterdam - is krap drie maanden geleden ingevlogen, nadat haar voorgangster Barbara Kathmann naar de Tweede Kamer ging. Om in te burgeren wandelt ze veel door buurten en wijken, las onder andere het boek Stadsvernieuwing van de Rotterdamse journalist Ben Maandag en praat met bewoners, ondernemers en vastgoedeigenaren. ‘Ik vind het in bepaalde opzichten een hele lieve stad, waar onwijs aardige mensen wonen. En aan de andere kant is het stedenbouwkundig een hele rauwe stad.’

In Rotterdam is alles in het kwadraat, de kansen en de problemen”

Covid-19-pandemie

Als wethouder economie, wijken en kleine kernen ziet ze dat de havenstad hard wordt getroffen door de Covid-19-pandemie. ‘In Rotterdam heb je niet de luxe om te dromen. Vanaf mijn eerste werkdag (18 februari 2021/red.) moest ik aan de bak. De stad weerbaarder maken. In Rotterdam is alles in het kwadraat, de kansen en de problemen. De uitdagingen liggen voor het oprapen, neem bijvoorbeeld de retail.’
Ze heeft een jaar de tijd, want het is niet zeker of ze na de komende gemeenteraadsverkiezingen van 16 maart 2022 terug zal komen, om verder te gaan waar haar voorgangster Kathmann was gebleven. Al voor corona was leegstand en soms zelfs verloedering in verschillende winkelgebieden al een probleem, en door corona en de verdere groei van online winkelen in een stroomversnelling beland.

Vitale kerngebieden

De gemeente Rotterdam startte in 2019 met een publiek-private samenwerking, de Taskforce Retail, met vastgoedeigenaren, ondernemers en de gemeente. In de wittebroodsweken van Vermeij kwam de Taskforce Retail met een visie die een toekomstbeeld schetst voor de retailproblematiek. Om tot dit ‘gedeelde toekomstbeeld’ te komen heeft de Taskforce onder voorzitterschap van oud-wethouder Dominic Schrijer gesproken met vastgoedeigenaren, ambtenaren, brancheverenigingen en retailers. Over de visie spreekt Vermeij van een levend document, ‘omdat het nooit af is’. Zij wil net als de Taskforce Retail vitale kerngebieden met een diversiteit aan winkels, goede horeca, cultuur en werk, omdat dit goed is voor een bloeiende wijkeconomie, het andere deel van haar portefeuille. Zo kan een vliegwiel ontstaan; ‘een aantrekkelijk winkelgebied trekt namelijk ook weer nieuwe winkels aan’.
Vermeij: ‘Om dit te bereiken zullen we in de verschillende winkelgebieden moeten gaan samenwerken. We moeten gezamenlijk deze gebieden aantrekkelijk houden of maken, zodat mensen er graag willen komen - om elkaar te ontmoeten, inkopen te doen of om goed te kunnen blijven ondernemen. We hebben vastgoedeigenaren daar keihard bij nodig, om met ons na te denken over alternatieven. Als gemeente zeggen wij dat langdurige leegstand, uit het oogpunt van leefbaarheid voor de wijk, geen optie is. Wij stimuleren marktpartijen om over te gaan tot transformatie naar andere functies die passen bij het gebied.'

Er moeten locaties komen voor freelancers, maar ook voor de thuiswerkers, waar ze af en toe een plek kunnen huren”

Sterke wijkdemocratie

Wat opvalt, is dat Vermeij ook de democratie in de wijken wil gaan versterken. Een sterke wijkdemocratie, waarin bewoners, ondernemers, wijkraden en de gemeente continu samenwerken, helpt volgens haar ook om het doel van de Taskforce te bereiken. Als sociaal-democraat vindt ze het belangrijk om de economie in de wijk op die manier kracht te geven. Eind april bracht zij daarover het collegevoorstel ‘de Wijk aan Zet’ naar buiten. De stad krijgt 35 gekozen wijkraden en die moeten de kloof tussen burgers, ondernemer en politiek en gemeentelijke diensten slechten. Een krachtige en florerende retail hoort daarbij en om die reden praten bewonersorganisaties mee in die coalities. Ze gaat niet in op dat het vroeger al bestond en er allemaal is uitbezuinigd. ‘Ik heb daar een opvatting over. We gaan naar een samenleving toe waarin het heel belangrijk wordt dat bewoners een plek krijgen aan tafel om mee te praten. Kijk naar de vroegere stadsvernieuwing. De vernieuwde wijkdemocratie is ook een manier om werk weer de wijk in te krijgen, om de leefbaarheid te verbeteren. Door de gevolgen van corona is bijvoorbeeld de kijk op werken veranderd. Er moeten locaties komen voor freelancers, maar ook voor de thuiswerkers waar ze af en toe een plek kunnen huren. En om buurten en wijken verder te versterken moet de fysiotherapeut en de huisartsenpraktijk een plek krijgen, maar ook het Huis van de wijk. Hier krijgen de gemeentelijke diensten een plek en werken ambtenaren direct met bewoners en ondernemers aan de wijk.’

Je doet mee, het is geen gratis zitplaats”

Bruisende ontmoetingsplekken

De tijd dat een overheid het wel zou fixen ligt inmiddels ver achter ons. Vermeij spreekt consequent over 'we' in relatie tot samenwerkingen met marktpartijen én bewoners(organisaties). Ze hamert gedurende het gesprek met regelmaat op het werken in coalities om zo winkelgebieden en de daaromheen liggende buurten en wijken te versterken. Ferm en met een klap op tafel: ‘Je doet mee, het is geen gratis zitplaats. Ik wil betrokkenheid. Je ziet gewoon dat dat moet. Als je dat niet gaat doen krijgen we straks leegstand, ondermijning en grijpen we in. Wat betekent dat voor de vastgoedwereld? Dat je je moet kunnen verhouden tot overheden en tot huurders, ondernemers en bewonersorganisaties. We gaan samen die plannen maken en uitvoeren. Het betekent dat je je gaat interesseren voor de omgeving en voor de maatschappelijke functies. Ik ben ervan overtuigd dat alle betrokkenen, ook de marktpartijen, uiteindelijk meer hebben aan bruisende en multifunctionele ontmoetingsplekken dan aan lange verloederde winkelstraten. We zullen fouten gaan maken en van elkaar leren. Maar het gaat om de toekomst van deze stad. Uiteindelijk hebben allemaal hetzelfde doel: een bijdrage leveren aan de stad voor onze kinderen en kleinkinderen.’ Wat we hier doen is in het belang van ons allemaal.’

Verbinding ambtenarij en marktpartijen

Het ‘gedeelde toekomstbeeld’ is nog maar het begin, vanaf nu zal in de verschillende gebieden samen met ondernemers en vastgoedeigenaren gekeken moeten worden wat nodig is om het gebied aantrekkelijk te houden of wellicht weer aantrekkelijk te maken. Hier komt haar vroegere leven als fractiesecretaris van de PvdA-fractie in de Tweede Kamer goed van pas; het zijn van ‘verbindingsofficier’. Ze gaat de ambtenarij en marktpartijen verbinden. ‘Het is van belang om op een andere manier naar de economie in relatie tot winkelstraten te kijken. De Taskforce Retail geeft daar invulling aan. De gemeentelijke organisatie gaat in die coalities zitten, haalt barrières weg en legt waar mogelijk geld bij. Voor dat laatste gaan we ook bij het Rijk aankloppen. Wij beloven dat op een andere manier te gaan doen, efficiënter. Het betekent ook dat wij kritisch naar onszelf kijken. Niet alleen de wijk, maar ook Coolsingel 40 (het stadhuis) is nu aan zet. We zullen uit onze comfortzone moeten raken en ik roep de alle partijen op om dit samen met ons te doen.’

Op 20 mei organiseert de gemeente Rotterdam samen met Vastgoedmarkt en De Architect onder de noemer 'Rotterdam zet door en...' haar vermaarde tweejaarlijke transformatiecongres. Dit keer digitaal en inschrijven kan hier